Ter Beest 1989
, (scriptie)
Ter Beest 1989
J. ter Beest, Lanval en de Borchgravinne van Vergi. Een structurele en thematische vergelijking van twee middeleeuwse liefdesverhalen gebaseerd op het thema van de vrouw van Potifar. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de V.U. Amsterdam, afd. Letterkunde).
Van den Berg 1986
, p. 311-313
Van den Berg 1986
E. van den Berg, 'Over het lokaliseren van Middelnederlandse rijmteksten'. In: Versl. & meded. van de Kon. Acad. voor Ned. taal- en letterkunde 1986, p. 305-322.
Boekenoogen 1949
Boekenoogen 1949
G.J. Boekenoogen, 'De Nederlandsche volksboeken'. In: A.A. van Rijnbach, Verspreide geschriften van dr. G.J. Boekenoogen. Verzameld door ─. Leiden (Brill) 1949, p. 207-251.
Brandsma 1987
Brandsma 1987
F. Brandsma, 'Het "Don contraignant" in de Borchgravinne van Vergi'. In: S. Buitink, A.M.J. van Buuren & I. Spijker (red.), Rapiarijs. Een afscheidsbundel voor Hans van Dijk. Utrecht (De Vooys) 1987, p. 17-19. Ruyg Bewerp 16.
Ten Brink 1897
, p. 203-204
Ten Brink 1897
J. ten Brink, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Amsterdam (Elsevier) 1897.
Van Buuren 1979
, (passim)
Van Buuren 1979
A.M.J. van Buuren, Der minnen loep van Dirc Potter. Studie over een Middelnederlandse Ars amandi. Utrecht (HES) 1979. Diss. Utrecht.
Debaene 1977
, p. 36-41
Debaene 1977
L. Debaene, De Nederlandse volksboeken. Ontstaan en geschiedenis van de Nederlandse prozaromans, gedrukt tussen 1475 en 1548. 2e dr. Hulst (Merlijn) 1977. Diss. Leuven 1951.
De Deken 1971
, (licentiaatsverhandeling)
De Deken 1971
R. de Deken, De Borchgravinne van Vergi, bijdrage tot de hoofse thematiek. Licentiaatsverhandeling Leuven 1971.
Duchateau 1964
Duchateau 1964
A. Duchateau & G. de Schutter, 'Het volksboek Een schoone historie vander Borchgravinne van Vergi'. In: Rederijkersstudiën. Uit het Seminarie voor Ned. Literatuurstudie van de Rijksuniversiteit te Gent 1964, p. 7-40.
Dufournet 1994
Dufournet 1994
J. Dufournet & L. Dulac, La châtelaine de Vergy: édition bilingue. Presentée et commentée par ─. Paris (Gallimard) 1994.
Van Eeghem 1958-1963
, dl. 3 p. 99-102
Van Eeghem 1958-1963
W. van Eeghem, Brusselse dichters. Brussel (Simon Stevin) 1958-1963. 5 dln.
Gerritsen 1993
, p. 80-83
Gerritsen 1993
W.P. Gerritsen & A.G. van Melle (red.), Van Aiol tot de Zwaanridder: personages uit de middeleeuwse verhaalkunst en hun voortleven in literatuur, theater en beeldende kunst. Nijmegen (SUN) 1993.
Gerritsen 1997
, p. 69-71
Gerritsen 1997
W.P. Gerritsen, 'De burggravin van Vergi uit het slijk gehaald. Literairhistorische vragen bij twee middeleeuwse insignes'. In: Nederlandse letterkunde 2 (1997), p. 67-74.
Hendrickx 1993
, (scriptie)
Hendrickx 1993
L.P.M. Hendrickx, Alse ons minne worde mare. Een studie naar de dramatische compositie en de liefdesconceptie in De Borchgravinne van Vergi en naar de intertekstuele relatie met de Tristan. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de V.U. Amsterdam, afd. Letterkunde).
Van Herk 1997
Van Herk 1997
A. van Herk en J. Verbeek, 'De hertog stapte niet op een brommer ... Over de samenwerking tussen Willem Wilmink en een werkgroep van Utrechtse neerlandici bij het vertalen van De Borchgravinne van Vergi'. In: Madoc 11 (1997), p. 27-34.
Van Heurck 1943
, p. 70-71
Van Heurck 1943
E.H. van Heurck, De Vlaamsche volksboeken. In het Nederlands vertaald door J. Truyts. Antwerpen (Buschmann) 1943. Volkserf-reeks 1.
Hogenelst 1995B
, p. 187
Hogenelst 1995B
D. Hogenelst & F. van Oostrom, Handgeschreven wereld. Nederlandse literatuur en cultuur in de Middeleeuwen. Amsterdam (Prometheus) 1995.
Huese-Noordman
, (scriptie)
Huese-Noordman
M.E. Huese-Noordman, De Borchgravinne van Vergi. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de Universiteit van Amsterdam, Documentatiecentrum Nederlandse Letterkunde, nr. 879).
Jonckbloet 1888-1892
, dl. 2 p. 198-199
Jonckbloet 1888-1892
W.J.A. Jonckbloet, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 4e dr., herz. en tot den tegenwoordigen tijd bijgewerkt door C. Honigh. Groningen (Wolters) 1888-1892. 6 dln.
Jonker (M.)
, (scriptie)
Jonker (M.)
M. Jonker, Dood en liefde in De Borchgravinne van Vergi. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de Universiteit van Amsterdam, Documentatiecentrum Nederlandse Letterkunde, nr. 934).
Kalff 1906-1912
, dl. 1 p. 339
Kalff 1906-1912
G. Kalff, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Groningen (Wolters) 1906-1912. 7 dln.
Knuvelder 1970-1976
, dl. 1 p. 206, 223-225
Knuvelder 1970-1976
G. Knuvelder, Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. 5e, geheel herz. dr. 's-Hertogenbosch (Malmberg) 1970-1976. 4 dln.
Koldeweij 1995
, p. 101-103
Koldeweij 1995
A.M. Koldeweij, 'Karel de Grote en De Borchgravinne van Vergi'. In: A.M. Koldeweij en A. Willemsen, Heilig en profaan: laatmiddeleeuwse insignes in cultuurhistorisch perspectief. Amsterdam (Van Soeren) 1995, p. 98-104.
Kostoroski 1972
Kostoroski 1972
E.P. Kostoroski, 'Quest in query and the Chastelaine de Vergi'. In: Medievalia et Humanistica. Studies in medieval and renaissance culture, N.S. 3. Social dimensions in medieval and renaissance studies. Cleveland etc. (Case Western Reserve University) 1972, p. 179-198.
Lambin 1838
, p. 57-58
Lambin 1838
J.J. Lambin (ed.), 'Van der zielen ende van den lechame, een oud gedicht, en bedenkingen daerop'. In: Belgisch museum 2 (1838), p. 57-77.
Lodder 1997
, p. 76, 82 n. 27
Lodder 1997
F.J. Lodder, Lachen om list en lust. Studies over de Middelnederlandse komische versvertellingen. Leiden (Ridderhof) 1997. Diss. Leiden.
Van Loey 1948
Van Loey 1948
A. van Loey, 'Vergiana'. In: Album prof. dr. Frank Baur. Antwerpen etc. (Standaard Boekhandel) 1948. 2 dln. Dl. 2, p. 54-60.
Lorenz 1909
Lorenz 1909
E. Lorenz, Die Kastellanin von Vergi in den Literaturen Frankreichs, Italiens, der Niederlande, Englands und Deutschlands. Mit einer deutschen Uebersetzung der altfranzösischen Versnovelle und einem Anhange: Die Kastellan von Couci-sage als Gabrielle de Vergi-legende. Halle a.S. (Kaemmerer) 1909.
Maraud 1972
Maraud 1972
A. Maraud, 'Le lai de Lanval et la Chastelaine de Vergi'. In: Romania 93 (1972), p. 433-459.
Meder 1988
, p. 136-138
Meder 1988
Th. Meder, Hoofsheid is een ernstig spel. Middeleeuwse hoofse teksten. Amsterdam (Querido) 1988. Griffioenserie.
Meder 1989
Meder 1989
T. Meder, 'De causaliteit in De Borchgravinne van Vergi. Over de oplosbaarheid van een hoofs dilemma'. In: Millennium 3 (1989), p. 51-74.
Van Mierlo 1928
, p. 192
Van Mierlo 1928
J. van Mierlo, Geschiedenis van de Oud- en Middelnederlandsche letterkunde. Antwerpen etc. (Standaardboekhandel) 1928.
Van Mierlo 1948
, p. 70-74
Van Mierlo 1948
J. van Mierlo, Sprokkelingen op het gebied der Middelnederlandse poëzie. Turnhout (Van Mierlo-Proost) 1948. Uitg. der Kon. Vl. Acad. voor taal- en letterkunde, reeks 3 no. 26.
Van Mierlo 1949
, dl. 1 p. 373-374
Van Mierlo 1949
J. van Mierlo, De letterkunde van de Middeleeuwen. 2e, herz. en verm. dr. 's-Hertogenbosch etc. (Malmberg etc.) 1949. Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden. Onder redactie van F. Baur, W.J.M.A. Asselbergs, J. van Mierlo e.a. Dl. 1 en 2.
Van Mierlo 1952
Van Mierlo 1952
J. van Mierlo, 'Nog enkele critische en exegetische aantekeningen bij Die Borchgravinne van Vergi'. In: Versl. & meded. van de Kon. Vl. Acad. voor taal- en letterkunde 1952, p. 737-761.
Van Oortmerssen 1979
, (scriptie)
Van Oortmerssen 1979
D. van Oortmerssen, De Borchgravinne van Vergi: een vergelijkend onderzoek naar de inhoudelijke en verteltechnische verschillen tussen de Hulthemse tekst, de Gentse fragmenten en het Franse origineel. Barendrecht 1979. (Ongepubl. scriptie MOB, Nutsacad. te Rotterdam, te raadplegen bij de Universiteit van Amsterdam, Documentatiecentrum Nederlandse Letterkunde, nr. 2384).
Payen 1973
Payen 1973
J.-Ch. Payen, 'Structure et sens de La Châtelaine de Vergi'. In: Le moyen âge 2 (1973), p. 209-230.
Pleij 1980-1981
, p. 324
Pleij 1980-1981
H. Pleij, 'Over de betekenis van Middelnederlandse teksten. Boekbespreking van Esmoreit, uitgeg. door A.M. Duinhoven'. In: Spektator 10 (1980-1981), p. 299-339.
Pleij 1991B
, p. 47-48
Pleij 1991B
H. Pleij, Sprekend over de Middeleeuwen. Utrecht etc. (Teleac etc.) 1991.
Resoort 1988
, p. 16-18, 44-100
Resoort 1988
R. Resoort, Een schoone historie van der borchgravinne van Vergi. Onderzoek naar de intentie en gebruikssfeer van een zestiende-eeuwse prozaroman. Hilversum (Verloren) 1988. Middeleeuwse studies en bronnen 9. Diss. Utrecht.
Schenkel 1997A
, p. 45
Schenkel 1997A
J. Schenkel, 'Het handschrift-Van Hulthem, het Comburgse handschrift en de scriptoriumhypothese'. In: Queeste 4 (1997), p. 42-59.
Schmolke-Hasselmann 1976
Schmolke-Hasselmann 1976
B. Schmolke-Hasselmann, 'La Chastelaine de Vergi auf Pariser Elfenbein-Kästchen des 14. Jahrhunderts. Zum Problem der Interpretation literarischer Texte anhand von Bildzeugnissen'. In: Romanistisches Jahrbuch 27 (1976), p. 52-76.
Schnell 1985
Schnell 1985
R. Schnell, Causa amoris: Liebeskonzeption und Liebesdarstellung in den mittelalterlichen Literatur. Bern (Francke) 1985. Bibliotheca Germanica.
Schreiner 1972
, (scriptie)
Schreiner 1972
T. Schreiner, De borchgravinne van Vergi. (Ongepubl. doctoraalscriptie Den Haag 1972, te raadplegen bij de Vakgroep Nederlands R.U. Leiden, GA 402).
Serrure 1872
, p. 381
Serrure 1872
C.P. Serrure, Letterkundige geschiedenis van Vlaanderen. Eerste deel: Nederlandsche en Fransche letterkunde tijdens XII, XIII en XIVde eeuwen. Gent (De Busscher) 1872.
Snellaert 1838
, p. 71
Snellaert 1838
F.A. Snellaert, Verhandeling over de Nederlandsche dichtkunst in België, sedert hare eerste opkomst tot de dood van Albert en Isabella. Brussel (Hayez) 1838.
Sonnemans 1990
, p. 250
Sonnemans 1990
G.H.P. Sonnemans, 'De openingsstruktuur van Middelnederlandse teksten'. In: Spiegel der letteren 32 (1990), p. 231-259.
Sonnemans 1995
, dl. 1 (passim)
Sonnemans 1995
G. Sonnemans, Functionele aspecten van Middelnederlandse versprologen. S.l. (s.n.) 1995. 2 dln. Diss. Nijmegen.
Van Straten
, (scriptie)
Van Straten
J.H. van Straten, De Borchgravinne van Vergi. (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de Universiteit van Amsterdam, Documentatiecentrum Nederlandse Letterkunde, nr. 1909).
Strijbosch 1996
, p. 6-7 en 24
Strijbosch 1996
C. Strijbosch, Repertorium van Middelnederlandse liederen in bronnen tot 1500. Deel 1: Bronnenrepertorium. Antwerpen (UFSIA) 1996.
Stuip 1970
, p. 24-26 en 30
Stuip 1970
R.E.V. Stuip, La chastelaine de Vergi. Éd. critique du ms. BN f.fr. 375 avec Introd. notes, glossaire et index, suivie de l'édition diplomatique de tous les manuscrits connus du XIIIe et du XIVe siècle. Den Haag enz. (Mouton) 1970. Diss. VU Amsterdam.
Stuip 1985
Stuip 1985
R.E.V. Stuip (ed.), La Chatelaine de Vergi. Textes établi et traduits par ─. Paris (Union Gén. d'Éditions) 1985.
Stuip 1990-1992
Stuip 1990-1992
R.E.V. Stuip, 'La Chatelaine de Vergy du XIIème au XVIIIème siècle'. In: B. Alluin et F. Suard (éds.), La Nouvelle. Lille (Presses Univ. de Lille) 1990-1992. 2 dln. Dl. 1 (Définitions, transformations), p. 152-161.
Truyts 1893
Truyts 1893
J. Truyts, 'De Borchgravinne van Vergi'. In: Het belfort 8 (1893), p. 389-390.
Van Velzen-Hooft
, (scriptie)
Van Velzen-Hooft
M. van Velzen-Hooft, Hoofdzaken over hoofsheid. Bijzaken in de Borchgravinne van Vergi? (Ongepubl. doctoraalscriptie, te raadplegen bij de Universiteit van Amsterdam, Documentatiecentrum Nederlandse Letterkunde, nr. 1909).
Verdeyen 1948
, dl.2 p. 337
Verdeyen 1948
R. Verdeyen, 'Literaire reminiscenties bij de rederijkers'. In: Album prof. dr. Frank Baur. Antwerpen (Standaardboekhandel) 1948. Dl. 2, p. 333-339.
De Vooys 1940-1942
De Vooys 1940-1942
C.G.N. de Vooys, 'Kleine tekstverbeteringen in Die Borchgravinne van Vergi'. In: Tijdschrift voor Ned. taal- en letterkunde 60 (1940), p. 242; 61 (1941-1942), p. 135.
De Vreese 1894
De Vreese 1894
W.L. de Vreese, 'Kleine tekstverbeteringen'. In: Tijdschrift voor Ned. taal- en letterkunde 13 (1894), p. 74-75.
De Vries 1873
, p. 62-63
De Vries 1873
M. de Vries, 'Tekstcritiek'. In: De taal- en letterbode 4 (1873), p. 45-80.
De Vries 1882
De Vries 1882
M. de Vries, 'Tekstcritiek Borchgravinne van Vergi, vs. 1062'. In: Tijdschrift voor Ned. taal- en letterkunde 2 (1882), p. 317-320.
De Vries 1884
De Vries 1884
M. de Vries, 'Bladvulling'. In: Tijdschrift voor Ned. taal- en letterkunde 4 (1884), p. 110-112.
Wackers 1991
, p. 63-65
Wackers 1991
P. Wackers, 'Het belang van de vorm in de Nederlandse literatuur van de late Middeleeuwen'. In: Millennium 5 (1991), p. 58-74.
Wilmink 1997
Wilmink 1997
W. Wilmink, De burggravin van Vergi. Een middeleeuwse novelle. Vertaald door ─, in samenwerking met een werkgroep van Utrechtse neerlandici. Ingeleid door W.P. Gerritsen. Met een uitgave van de Middelnederlandse tekst door R. Jansen-Sieben. Amsterdam (Prometheus ─ Bert Bakker) 1997.
Te Winkel 1887
, p. 461-462
Te Winkel 1887
J. te Winkel, Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Haarlem (Bohn) 1887.
Te Winkel 1922-1927
, dl. 2 p. 85-86, 97
Te Winkel 1922-1927
J. te Winkel, De ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde. 2e dr. Haarlem (Bohn) 1922-1927. 7 dln. [Ongew. herdr. Utrecht etc., 1973].